WOLKEN

Een wolk is een zichtbare verzameling; al dan niet onderkoelde, waterdruppeltjes of ijskristalletjes in de atmosfeer op enige hoogte boven het aardoppervlak. Waterwolken ontstaan doordat waterdamp in verzadigde lucht condenseert rond condensatiekernen. Waterdamp kan verrijpen tot ijskristalletjes en zo ijswolken vormen. In gemengde wolken komen zowel waterdruppeltjes als ijskristallen voor.

Bij beginnende regenval is er vaak een sterke wind (buienfront). Als je “upwind” regen ziet onder een zwarte wolk, ga onmiddellijk schuilen omdat er onvoorspelbare bliksem kan in voorkomen. Bij zwarte hemel bestaat de kans dat er storm op komst is. Deze erg donkere lucht is het gevolg van een lage drukgebied. Wacht tot het koufront gepasseerd is.

Je barometer kan je heel wat leren. Als deze snel daalt, kan de wind heel fel toenemen. Volgende tabel kan je helpen: 

Als de druk daalt Dan zal de wind
3 mbar in 3 uur Toenemen tot max. 6 Bft
3 tot 4 mbar in 3 uur Toenemen tot 7 Bft
Tot 7 mbar in 3 uur Toenemen tot 8-9 Bft
Meer dan 7 mbar in 3 uur Toenemen tot 10 Bft

Hiernaast en hieronder krijg je een overzicht van de wolken. Wolken kunnen je veel zeggen over het actuele weer en het te verwachten weer. Enkele wolken verdienen speciale aandacht omdat ze extra gevaarlijk zijn bij het kitesurfen! Sinds 1802 is er een wereldwijd geaccepteerd classififcatie-systeem voor wolken en hebben een latijnse benaming gekregen. Het belangrijkste kenmerk voor de determinatie is de hoogte van de wolk. Elke hoogte heeft zijn specifieke wolkensoorten.

Er zijn vier hoofdtypen, ook wel wolkenfamilies genaamd:

HOGE BEWOLKING

CIRROSTRATUS

Hoog gelaagde wolken, betsaan volledig uit ijskristallen.
In cirruswolken is vaak een gekleurde ring rond de zon te zien, een zogenaamde halo, die soms lijkt op een regenboog. In tegenstelling tot de regenboog ontstaat dit kleurrijke verschijnsel niet door breking en weerkaatsing van het zonlicht in regendruppels maar in ijskristalletjes.

Meestal een voorbode voor slecht weer.

CIRRUS (sluierwolken)

Deze hoge wolken lijken heel langzaam te bewegen of zelfs stil te staan, maar door de grote hoogte geeft dat een vertekend beeld: in werkelijkheid gaan ze snel, soms ruim 100 km/uur. Deze wolken, die vaak te zien zijn als het (nog) mooi weer is, hebben een draderige structuur en kunnen zich ook rangschikken in kleinere of grotere plukken of smalle banden.

Depressie op komst binnen een dag of enkele dagen (op een afstand van enkele honderden kilometers)

CIRROCUMULUS (schapenwolk)

Dit soort wolk komt voor in grotere velden. Dit wolkentype, hoe fraai ook, wijst op een toenemende luchtvochtigheid en kan een voorbode zijn van een weersverslechtering door een nakend koufront. Vooral als de wolken een golfvormige structuur hebben, gaat het meestal mis.

MIDDELHOGE BEWOLKING

ALTOCUMULUS

De bewolking bestaat vaak uit banken of velden grote schaapjeswolken soms met een golfvormige structuur. Ze ontstaan wanneer op grote hoogte koudere lucht binnenstroomt en ook dan loopt het vaak uit op neerslag.

Voorbode van onweer. Meestal binnen twaalf uur na het zien van deze wolken is er kans op onweer.

ALTOSTRATUS

Er komt een hogedrukgebied aan of een depressie, dit hangt af van het actuele weertype. De bewolking ontstaat op de grens tussen koude en warmere lucht, waarbij de warme lucht over de zwaardere koude lucht schuift. Eerst is de omtrek van de zon of de maan er nog doorheen te zien maar meestal wordt de bewolking snel dichter, verdwijnt de zon en zet de neerslag in.

 

NIMBOSTRATUS

De nimbostratus is een type wolk die gepaard gaat met een warmtefront. Het is een uitgestrekt grijs wolkendek dat zich over de gehele hemel uitstrekt en waaruit onafgebroken neerslag valt. De zon gaat achter het dikke wolkenpakket volledig schuil. Vaak zitten er lage flarden onder, maar de neerslag houdt pas op wanneer er lichtere plekken in de wolken zichtbaar worden. De regenlucht wordt vaak voorafgegaan door altostratus. Grote temperatuursdaling met kans op sneeuw- en hagelbuien en harde windvlagen. Achter de bui komt zeer hoogreikende bewolking.

Gevaarlijk bij kitesurfen!

LAGE BEWOLKING

STRATUS

Dit vaak dichte type wolk geeft vaak slecht zicht. Ze komen voor bij passage van een warmtefront. Ze worden geassocieerd met somber weer en vormen soms een mistbank boven de grond. Stratuswolken kunnen gepaard gaan met motregen, lichte regen, ijskristallen of sneeuwvlokken.

STRATOCUMULUS

Duidt vooral op het voorjaar en de voorzomer bij noordwestenwind op stabiel hogedrukweer, dat helaas vaak dagenlang somber kan blijven, zonder al te grote neerslagneiging. Breekt een Stratocumulusdek onregelmatig open, zoals een veld los van elkaar drijvende ijsschollen, dan volgt een weersverbetering. Het bij ons meest voorkomende wolkengeslacht, is in het winterhalfjaar vaker te zien als in de zomer en nazomer. Meestal vormen de Stratocumuluswolken samen een grijze of witachtige wolkenlaag, waarin bijna altijd donkere en lichtere delen elkaar afwisselen.Die delen zien er dan weer uit als grote ballen of rollen, soms los van elkaar, dan weer met elkaar versmolten. 

CUMILIFORME BEWOLKING

CUMULUS (stapelwolk)

De basis is donkerder, het bovenste deel met halfronde uitwassen is wit. Vaak een "wattig" uiterlijk. Ze onstaan door opstijgen van warme lucht en ontwikkelen in verticale richting. Ze ontstaan vaak niet ver van de plek waar men ze ziet, maar kunnen door de wind ook flinke afstanden afleggen. Een cumulus kan uitgroeien tot een cumulonimbus, wat vaak voor regen en/of onweer zorgt. Dit komt voor als de lucht erg onstabiel is.

CUMULONIMBUS (buienwolk)

De cumulonimbus is een echte buienwolk en onweersbuien worden altijd veroorzaakt door deze wolken. In de volksmond wordt de wolkensoort dan ook wel eens donderwolk genoemd. Kunnen harde windstoten veroorzaken. Duidt op een aankomend koufront of een koude bovenlucht. Hij kan tot meer dan 15 kilometer hoogte in de atmosfeer uitgroeien en krijgt op grote hoogte een paddenstoelvormig uiterlijk, met daarboven een ijskap.

Gevaarlijk bij kitesurfen!